donderdag 14 februari 2013

Mens en Samenleving: Lied "A small piece of heaven"


Volgend is een lied dat werd gezongen op een HASC-avond. HASC is een organisatie in Amerika dat geld inzamelt voor allerlei liefdadigheidsdoelen. Eens per jaar organiseert HASC een concert. Daar komen alle beroemde Joodse zangers om te zingen en ze vragen er geen geld voor! Entreegeld is tussen $25 en $100. Al het verzamelde geld is bedoeld voor de liefdadigheidsorganisaties.
Dit is dus een punt in onze samenleving waar we zeker trots op moeten en kunnen zijn.
A Small Piece of Heaven
Some people wonder
Others may say
Whenever adversity passes their way
Let me run let me hide
Oh I must close my eyes
By the time that they’re open it just might fade away
But not you dear friends
You know just what to do
When faced with a challenge
You always come through
And you’ve painted a smile
On the face of a child
Helping to make sure
That his dreams come true


Chorus:

There’s a small piece of heaven in everyone’s heart
A glorious gift from above
It will sparkle and shine if we each do our part
To reach out and touch it with love
So we thank you tonight
For doing your share
For the gift of bright sunshine
And fresh country air
But although that’s a fact
You’ve done much more than that
You’ve shown these dear
Children just how much


Chorus

Yes you’ve shown once again
We’re united and strong
But the hour is late time is moving along
So till next year dear friends
When we meet here again
Let’s raise up our voices
And sing out this song

Mens en Samenleving: Voor mij een kenmerk van een goede samenleving


Het belangrijke is dat de jeugd de juiste boodschappen meekrijgt.
Waar? Op school door hun onderwijzers, op het internet- waar er toch al zoveel slechte invloeden op onze jeugd worden uitgeoefend-, op straat, waar anderen een voorbeeld kunnen zijn.
Welke zijn de juiste boodschappen? Hier ben ik het met Anouk Depuydt eens. Volgens mij, als de jeugd gewaar wordt van het vijf-cirkel-model, dan moet alles goed komen.
De vreemden zullen zich thuis voelen, de natuur zal ongeschonden blijven, het respect voor ouderen en geleerden zal behouden worden, het respect voor de medemens zal versterkt worden, …
Een mens zal zich in een dergelijke samenleving op zijn plaats voelen. Genoeg op zijn plaats om zijn eigenschappen tot het uiterste te gebruiken.
En wanneer dat werkelijkheid is, wanneer een mens van zijn leven en samenleving houdt en zijn uiterste best doet om ze alle twee te bevorderen zoveel hij dat maar kan, dan pas zullen het aantal zelfmoordgevallen dalen, dan pas zal een jongere de juiste keuzes weten te maken in zijn leven, zonder toevlucht te moeten nemen naar drugs en alcohol, dan pas zal een mens zich veilig voelen om op straat te lopen.
En dat zijn de kenmerken van een goede samenleving. Een perfecte samenleving.

Mens en Samenleving: Voor mij een belangrijke kenmerk van de samenleving


Voor mij is het belangrijkste kenmerk het feit dat elke persoon individueel kan kiezen hoe hij zich gedraagt, met wie hij omgaat, wat hij met zijn toekomst wil doen. In kort, ieder mens heeft de toestemming om zelf over zijn keuzes te beslissen.
Eén generatie geleden was dit nog niet zo uitdrukkelijk als nu. De jeugd had voor veel de toestemming van hun ouders nodig. Nu is het niet meer zo. De jeugd doet precies wat ze willen.
Nu stellen we ons de vraag wat een mens zal kiezen. Om te studeren of te gaan backpacken, om te trouwen of een beetje rond te spelen, om “classy” te worden of tatoeages op elke vrije plek op hun lichaam aan te brengen, om een ander mens voor zijn geloof en gedrag te respecteren of om een neo-nazi te worden?
En die bovenstaande beslissingen hebben een grote invloed op de maatschappij in het algemeen. Hoe zal de volgende generatie er uit zien, hoe zal een vreemdeling zich in onze samenleving voelen?

Mens en Samenleving: Paul Verhaeghe, idee 4


“Solidariteit wordt een kostbare luxe en moet de plaats ruimen voor steeds tijdelijke coalities met als voornaamste zorg dat men er meer winst uit haalt dan de anderen. Diepgaande sociale banden met collega’s zijn daardoor nagenoeg uitgesloten, een emotionele betrokkenheid bij het werk zelf is er nog nauwelijks en al helemaal niet meer bij het bedrijf of de organisatie. Pesten was vroeger een probleem op de scholen, nu is het volop aanwezig op de werkvloer, als een typisch symptoom van onmacht, waarbij de frustraties afgereageerd worden op de zwaksten.”
Het is treurig om te moeten aanzien waar mensen allemaal toe in staat zijn gewoon om de wereld er van te overtuigen dat zij beter, slimmer, sterker en sneller zijn dan hun naasten.
Waar zijn de tijden waar de mens mee gelukkig was met een succes van zijn collega heen gegaan? Familieleden verraden elkaar op de ergste manieren, alleen maar om zichzelf er van te overtuigen dat ze tot hetzelfde als hun naaste in staat zijn en zelfs tot meer dan dat.
Het is een groot probleem dat iemand die vandaag in de wereld echt erkend wil worden, meer moet doen dan normaal. Hij of zij moet dan iets presteren dat niemand daarvoor gelukt is. Dat geeft stress en dat leidt tot ongewenste handelingen.
Misschien moeten we er niet meer zozeer naar streven om in de wereld erkend te worden, is dan de vraag. Dat is zeer moeilijk, vandaag de dag. Want als het mijn buur, zus, vriendje wel lukt, waarom zou het mij dan niet lukken? Mensen zijn te trots om zoiets te slikken.
Ik vind dat een mens niet mag vergeten dat wanneer hij warm, trouw en lief tegen zijn vrienden en familieleden blijft, hij door hen altijd erkend zal worden. Als een goed iemand, als een betrouwbaar iemand, als een waardevolle vriend. En is dat niet genoeg voor ons? Het zou genoeg voor ons moeten zijn, ten slotte is dat ook ons doel, zo maken we de wereld immers een betere plaats. Maar jammer genoeg is dat voor de meeste mensen niet genoeg.
Volgens mij is het altijd beter om je naasten en familieleden te vriend te houden, zelfs al ben je dan niet wekelijks in het nieuws. Je familie zal je altijd bijstaan, altijd te hulp schieten, van celibrities moet je dat niet verwachten. Zij hebben genoeg problemen in hun eigen leven.

Mens en Samenleving: Paul Verhaeghe, idee 3


“Het doel heet dan zelfmanagement en ondernemerschap: jongeren moeten zichzelf beschouwen als een bedrijf, waarbij kennis en vaardigheden in eerste en laatste instantie een economisch belang hebben waarmee zij hun marktwaarde kunnen verhogen. Daarmee  heeft het competentie-onderwijs uitdrukkelijk het ideologisch gedachtengoed van het neoliberalisme geïmplementeerd in de scholing van onze kinderen. We hoeven dan ook niet verwonderd te zijn als hun eerste vraag luidt: wat brengt het op? Voor mij?”
Gelukkig is dat al aan het veranderen. In de kleuterklas, in ieder geval.
Het komt meer en meer voor dat een kleuter niet meer naar school komt met ‘een doel’ voor de ogen, hij leert spelenderwijs. Kleuterleidsters moeten de knutselwerkjes van de kleuters niet meer afwerken, zo dat mama ziet dat de kleuter ‘iets heeft gedaan’. Nee, het knutselwerkje alleen was al een keuze van de kleuter zelf in de eerste instantie. En natuurlijk mag hij of zij het doen op welke manier hij/zij dat wil.
Maar dat is bij de kleuters, en het zou goed zijn bij de oudere leerlingen ook. Hoe moet een 13-jarige puber nu weten welke richting hij moet kiezen? Iedereen weet dat een leerling in die leeftijd nog niet aan zijn toekomstige carrière denkt. Maar hoe moet het dan wel?
Zo zijn er veel gevallen waar de ouders kiezen wat het beste voor hun kind is. Maar weten de ouders wel wat het beste voor hun kind is? Of kiezen zij gewoon die richting die zij graag zouden willen dat hun kind volgt? Want dat is niet eerlijk en komt maar al te veel voor.
Verder zijn er soms leerlingen die wel heel goed weten wat ze willen, maar het word hen afgeraden.
En dat kan om verschillende redenen. Bijvoorbeeld, dat ze in die sector niet gemakkelijk werk zullen vinden of enkel laagbetaalde jobs. Maar is dat dan eerlijk, om vanwege zo een reden van je keuze afgeraden te worden? Het is immers een richting die de leerling graag zou volgen. Waarom zou een leerling jaren in een bepaalde klas zitten zwoegen om ‘de beste job’ krijgen, terwijl hij of zij er geen dag gelukkig mee is?
Het is een moeilijk dilemma. Het heeft toch ook geen zin om jaren in een leuke klas te zitten wanneer je weet dat je later geen job zult vinden…

woensdag 13 februari 2013

Mens en Samenleving: Paul Verhaeghe, idee 2


“De bipolaire stoornis – aka manisch-depressieve psychose – is bij uitstek de aandoening van het neoliberalisme. In beide gevallen zijn we ervan overtuigd dat de oorzaak buiten ons ligt, dat er ergens een magische pil is of een nieuwe Führer die ons zonder eigen inspanning zal verlossen van onze kwaal en van het kwade. Niet dus.”

Het is, jammer genoeg, geen geheim dat het aantal ‘mentaal zieke’ personen drastisch stijgt.
Duizenden mensen nemen vandaag de dag antidepressiva en dat zijn nog de lichte gevallen.
Hoeveel criminelen lopen er niet rond en wanneer ze eindelijk gepakt worden, worden ze geëxcuseerd met een “hij is ziek” of “psychisch gestoord”…
Mensen weten dat, mensen maken er misbruik van. Komt een Kim van Gelder en vermoordt baby’tjes en dan is hij ocharme ziek en komt er geen zinnig woord uit zijn mond!
Natuurlijk is hij psychisch gestoord! Hij is gek! Daarom gedraagt hij zich ook als een gek.
Maar is dat een excuus??? Waar gaan we met de wereld heen?
Als een persoon op vlak van ‘psychische gestoordheid’ van zijn daad kan worden vrijgesproken, dan had die persoon zich al voor zijn daad moeten komen aanmelden met het bericht: “Ik ben gevaarlijk, let op mij, ik kan verschrikkelijke dingen uithalen.”
Maar dat gebeurt natuurlijk niet. Enkel na de daad wordt er met allerlei smoesjes van ‘ziek' en 'verschrikkelijke jeugd’ aangekomen. En ondertussen moeten slachtoffers woedend, maar hulpeloos toekijken hoe hun beul vrijgesproken wordt of maar een aantal jaren gevangenis krijgt om daarna met hun misdaden verder te gaan.

Waarom zijn er zoveel personen die depressief zijn, is de grote vraag.
Het antwoord, of toch een deel ervan: het is toegelaten. Zo’n 50 jaar geleden had niemand willen toegeven dat hij een psychiater ziet, dat hij voor therapie gaat. Depressiviteit en andere psychische aandoeningen waren nog vreemd. Mensen veroorloofden zich niet zo snel om er toe aangeleid te worden. Vandaag de dag is dat het normaalste ding in de wereld. Aan de ene hand is dat natuurlijk zeer goed. Niemand kan ontkennen dat er veel personen veel en veel beter geholpen kunnen worden. Maar aan de andere hand is dat ook de aanleiding in stijging van mentale ziektes. Een mens zegt tegen zichzelf dat het normaal is hoe hij zich voelt, dat het normaal is dat hij pillen slikt. Het bestaat immers. De helft van de wereld zit er immers mee. En dat is een verkeerde boodschap! Een mens zou zichzelf tot verbetering moeten willen aanzetten. Hij moet in zijn hoofd de boodschap nemen van ‘dat is niet normaal, absoluut niet, kruip er uit!’

Mens en Samenleving: Paul Verhaeghe, idee 1


“Niet zo lang geleden werd de maatschappij bepaald door het samenspel tussen minstens vier dimensies: het politieke, het religieuze, het economische en het culturele – waarbij het politieke en het religieuze luik de doorslag gaven. Vandaag zijn al die dimensies verdwenen: politiekers zijn voer voor Geert Hoste, over de religie kunnen we best zwijgen en iedereen is kunstenaar.”

Politiek: Ik ben het zeer met Paul Verhaeghe eens. En het jammere daarvan, volgens mij, is dat het niet in alle landen zo is. Integendeel, in veel delen van de wereld heeft het woordje “politiek” nog een bepaalde klank. Maar hier in België, waar Vlaanderen en Wallonië toch oh zo vriendschappelijk met elkaar samenleven, en dat is maar één voorbeeld, is politiek de grootste grap.
Ik zal nooit vergeten toen één van onze leerkrachten op school in de periode wanneer België zonder regering zat, zei: “De regering komt er maar niet uit, maar wat kan het ons schelen, zolang de vuilniszakken elke week afgehaald worden, zitten we goed…”
Dat is toch spijtig.
En misschien ligt hier wel het probleem. België heeft geen regering en de vuilniszakken worden toch nog steeds wekelijks afgehaald. Nou, als alles verder zijn gangetje blijft gaan, waarom zou een mens zich dan wel om de regering en het politiek bekommeren?
Religie: Waarom over de religie zwijgen? Hij heeft gelijk, religie is vandaag de dag niet meer wat het ooit is geweest. Maar waarom al die mensen die nog wel religieus zijn naar de kant duwen? 
Want toevallig heeft religie een grote invloed op onze maatschappij en samenleving. Ik ben religieus en enkel daarom kan ik zeggen dat in de uiteenzetting van Paul Verhaeghe er vele punten zijn waarvan ik gelukkig geen weet heb.
Zo kan ik zeggen dat de mythe van de “self made man” natuurlijk ook bij ons voorkomt, maar dan in veel mindere mate. Ik ben het gewoon om te denken dat wat ik kan en wat ik doe een product is van de eigenschappen die ik van God heb gekregen. Heb ik één of ander eigenschap niet meegekregen, dan is dat ook niet voor mij bedoeld en dan moet ik mij daarover niet opwinden. Als ik slaag, dan dank ik God. Als ik misluk, ook. En dan geloof ik dat het zo het beste is.
Cultuur: Hij heeft gelijk, iedereen is kunstenaar. En misschien is dat nog goed ook. Op die vlak geloven mensen meer in zichzelf en ze zijn niet bang om hun ideeën op allerlei manieren te gebruiken en te uiten.